Interview met Joop Angenent, mede-eigenaar Triomf

Joop Angenent door Liza Wolters voor Fair Practice Code
12 april 2023

Creatief Bureau Triomf werd twintig jaar, maar een feestelijke verjaardag valt dankzij Covid-19 in het water. Voor het eerst in zijn geschiedenis moest het bedrijf werknemers laten gaan. Het bedrijf heeft drie takken: Triomf Design ontwikkelt creatieve concepten op het grensvlak van aankleding, ruimtelijke vormgeving en placemaking, SuperRent verhuurt decors en romneyloodsen en de Triomf Agency organiseert feesten als de Singlefeestjes, 80’s Verantwoord en Zer00’s Heroes. Het bedrijf is een schakel in de hele evenementenbranche en al jaren actief in het nachtleven en festivalcircuit. Joop Angenent is een van de mede-eigenaren en bestierde de agency. “Wij zorgen tot het einde der tijden goed voor elkaar.”

Waarom is de Fair Practice Code volgens jou belangrijk?

Er is vanuit de politiek en de maatschappij nog altijd miskenning van ons vak. Ik vind het zo pijnlijk dat dj’s, vj’s en fotografen momenteel te horen krijgen: ‘joh, dan doe je dat toch als hobby en ga je een baan zoeken?’ Dan denk ik: ‘wat de fuck, dit is een beroep!’ Zodra bij werk creativiteit komt kijken is het lastig voor mensen om te concretiseren wat werk precies inhoudt. Wij doen dit al twintig jaar en zijn de eerste jaren ook tegen dat soort valkuilen aangelopen, maar hechten veel waarde aan professionele betaling. Beloning moet inherent zijn aan hard werk. Bij fotografen die we inhuren voor feestjes zijn wij bijvoorbeeld heel scherp op naamsvermelding en goede betaling. Als iemand reiskosten maakt, moet diegene ook reiskosten declareren boven op een fee. Dat zijn kleine dingen, maar erg belangrijk als je het over eerlijke beloning hebt. Wij spiegelen onze beloningen aan WNPF (Werkgeversvereniging Nederlandse Poppodia en -Festivals), maar eigenlijk is er voor ondernemers zoals wij nog geen CAO. Waanzin! Wat we nodig hebben is een permanente lobby in Den Haag om duidelijk te maken waar onze branche voor staat. Wat we in deze sector doen is geen hobby, maar een vak waar we in Nederland ook nog eens erg goed in zijn. We zijn zo goed geworden omdat we professionals zijn in een branche die zich continu ontwikkelt. Daarom hebben we bijvoorbeeld die hele dj-cultuur die naar het buitenland geëxporteerd wordt. Dat brengt enorm veel geld in het laatje en daarom is het absurd dat de belangen van onze sector niet hoger op de agenda staan. In de culturele sector dreigen nog altijd veel mensen buiten de boot te vallen. Wij liggen plat en daarmee hebben honderden mensen geen werk meer. Al die zzp’ers die in poppodia werken vertrekken daardoor naar andere sectoren en daarmee verdwijnt een berg kennis en ervaring. Niet alleen de bands en de dj’s, maar ook mensen als fotografen, tourmanagers en technici zijn zo ontzettend belangrijk. Er werd in de eerste weken in Den Haag gezegd: ‘het is nu geen tijd voor een feestje.’ Dan denk ik: ‘we hebben een branche die qua formaat vergelijkbaar is met de bouwsector!’ Commercie is voor veel mensen in de culturele sector een beladen woord, maar zonder dat argument merk ik dat we het belang van de creatieve sector moeilijk duidelijk kunnen maken. Maar we zijn ook een eerste levensbehoefte. Mensen willen nachten dansen, naar een concert gaan waar je kippenvel van krijgt, voor een schilderij staan dat je ontroert: zonder cultuur gaat je ziel dood. Zonder cultuur gaat je stad dood.

Welke gevolgen heeft Covid-19 voor Triomf gehad?

Ook voor ons kwam ondanks de steun van de overheid, het pijnlijke moment dat we moesten besluiten dat driekwart van het bedrijf echt niet door kon met de activiteiten. SuperRent en de Triomf Agency liggen helemaal plat. We kunnen niet alle mensen in dienst houden en hebben veel mensen moeten ontslaan. Ik heb er echt nachten van wakker gelegen. Ik ben vijfentwintig jaar zelfstandig ondernemer en heb nog nooit iemand hoeven te ontslaan. Het was de zwaarste tijd in het bestaan van Triomf. In onze branche gaat het niet alleen om werknemers, het gaat echt om een soort familiegevoel. Er is geen negen tot vijf mentaliteit, maar mensen willen iets moois maken en gaan gewoon door. Ik heb altijd gezegd, ik ga niet naar mijn werk, ik ga naar mijn vrienden. Dit is een way of life, een levensovertuiging.

Joop Angenent door Liza Wolters voor Fair Practice Code

Werkplaats van Triomf in de loods

Voor zo’n familiegevoel is het vast belangrijk om solidair te zijn met elkaar en transparant te blijven over wat mogelijkheden en beperkingen zijn?

We vroegen ons aan het begin van deze corona periode af wat we moesten doen. Wij runnen dit bedrijf met zijn vieren. Toen we twintig jaar geleden met Triomf begonnen hebben we een contract opgemaakt. Artikel 1: wij zorgen tot het einde der tijden goed voor elkaar. Dat is eigenlijk wat we altijd gedaan hebben. In de coronacrisis hebben we als eigenaren loon ingeleverd om iedereen aan boord te kunnen houden, aangevuld met de maatregelen van de regering. Op een gegeven moment ging dat ook niet meer, maar het is wel tekenend voor de wijze waarop we ondernemer willen zijn. Uiteindelijk hebben we toch mensen moeten laten gaan. We hebben eigenlijk twee types werknemers: zzp’ers en vaste personeelsleden. De zzp’ers uit ons netwerk proberen we zo snel mogelijk weer te betrekken bij nieuwe opdrachten, dat blijft absoluut zo. Ook een aantal vaste personeelsleden hebben we helaas moeten laten gaan. In hun beëindigingscontract hebben we netjes opgenomen dat zij de eerste zijn die we opbellen als de wereld weer aangaat. Dat is een kwestie van waardering, duurzaamheid en vertrouwen. Ik kijk altijd naar mensen die goed zijn en hun hart op de juiste plaats hebben. Die gun je ook een opdracht. Nu het niet kan, proberen we dat netwerk wel te onderhouden. Ook al liggen we stil, we proberen contact te houden met bijvoorbeeld de podia om te checken: ‘hoe gaat het met jullie?’ Ik hou contact met mijn vj’s en dj’s en vraag ze hoe zij overleven. Kunnen we misschien gezamenlijk iets verzinnen waardoor we wel wat kunnen doen? Zo hebben we van een clubavond als 80s verantwoord een coronaproof nostalgische spelshow gemaakt. Als ik mensen vraag of ze die quiz kunnen maken, dan betalen we daar gewoon voor, ook al kunnen we dat eigenlijk niet. Dat betekent ook dat ik aan een opdrachtgever moet vragen: ‘kunnen jullie wel minimaal dit gage betalen, zodat ik mijn mensen ook weer kan betalen?’ Zo houd je de boel levend, maar het belangrijkste is dat je contact onderhoudt en op een menswaardige manier met elkaar omgaat. Zo hou je een familiegevoel in stand, niet alleen op de pieken, maar ook in de dalen. Zo hebben we een groot afscheidsdiner gehouden voor de mensen die moesten vetrekken. We gaven ze niet alleen een mooi album als cadeau, maar ook een coach om toch een perspectief te hebben om verder te kunnen. We lachen met zijn allen, maar huilen ook met zijn allen.

Je bouwt dus altijd aan duurzame samenwerkingen met je werknemers?

We werken echt aan een langdurige band. Zo gingen we met het hele bedrijf naar een huisje in de Ardennen om na te denken over de toekomst van Triomf. Door mensen samen te brengen en buiten de gebaande paden te denken kom je tot nieuwe ideeën. Dat is de energie waar Triomf door blijft bestaan. Heb je een goed idee? Ga het maar uitvoeren! In het begin schrikken mensen daar nog wel eens van, maar inmiddels weten ze ook dat ze een eerlijke kans krijgen om een idee te realiseren en dat is verschrikkelijk leuk. Dat hoop ik altijd te blijven doen. Geen duurzaamheid zonder vertrouwen. Het verhaal moet aan alle kanten kloppen. We zullen altijd ons oor te luister leggen bij onze mensen in ons bedrijf. Ik kom uit een andere branche waarbij mensen van het hogere echelon bepalen hoe iets gebeurt, maar je moet putten uit de mensen op de werkvloer. Vandaar dat ik blij ben om in zo’n dynamische omgeving te werken en te doen waar mijn hart ligt. We zoeken altijd naar manieren om ons werk nog beter te doen. Overigens vinden we ook duurzaamheid op andere vlakken erg belangrijk. Vroeger zetten we op festivals een aggregaat neer met een hoop diesel erin, maar bij Into The Great Wild Open zijn we een van de eersten geweest die zonnepanelen hebben ingezet om duurzame energie op te wekken. We gaan de weg op met vrachtwagens die rijden op biodiesel, we zoeken naar circulaire manieren om ons decormateriaal te gebruiken, dat zijn allemaal manieren om een steentje bij te dragen. Ik hoor veel kernwaarden uit de Fair Practice Code terug in je verhaal. Je hebt het over duurzaamheid, vertrouwen en solidariteit binnen Triomf.

Joop Angenent door Liza Wolters voor Fair Practice Code

(links) decor van Triomf – een levensgrote zak patat. (rechts) werkplek van Joop Angenent in het kantoor van Triomf

Hoe zit het met duurzame samenwerking en solidariteit met de rest van de sector?

Ik zal een voorbeeld geven. Ik werk veel samen met poppodia. Ik ga niet voor het snelle geld door commercieel een hut af te huren voor een feestje om snel zoveel mogelijk geld te verdienen. Ik wil zakendoen met mensen die bezieling hebben en die een beleidsplan maken voor een aantal jaren. Zo kun je samen een programma maken en allebei verbeteren. Binnen ons bedrijf is het een mantra dat beide partijen profijt moeten hebben van een afspraak. Als dat niet zo is hou je het niet lang vol. We moeten elkaar het licht in de ogen gunnen. Als wij een poppodium leuker kunnen maken voor de lange termijn, is dat voor die podia belangrijk, maar ook voor ons om onze concepten te blijven ontwikkelen. Zo krijgen wij ook de ruimte om creatief te blijven groeien met alle mensen die bij ons betrokken zijn. Als je dat samen goed doet heb je ook de zekerheid dat je een fotograaf het vertrouwen kunt geven om te zeggen: neem de ruimte om betere foto’s te maken die veel beter beklijven. Als iedereen goed betaald wordt, word je er allemaal beter van. Dat gebeurt niet als we alleen maar commercieel denken, we moeten bouwen aan duurzame samenwerkingen. Wij zijn niet van de korte termijn. Binnen onze branche is de Fair Practice Code wel redelijk bekend en letten we wel aardig op elkaar, maar solidariteit staat wel onder druk.

Hoe komen we met zijn allen door deze moeilijke periode?

Je moet elkaar blijven helpen. Een mooi voorbeeld vind ik de Werkspoorkade, wat we deze zomer hebben gedaan. We hebben in samenwerking met de Werkspoorkathedraal in Utrecht allerlei kroegen die geen terras hebben een podium gegeven om een week lang geld te kunnen verdienen. Iedere week was een ander café de kroeg van de week. Wij leverden programma en hebben daar wel wat verdiend, maar eigenlijk nauwelijks. Allerlei mensen uit ons netwerk, inclusief ikzelf als dj, hebben daar gratis gewerkt. We wilden laten zien dat we er als culturele sector nog zijn en dat we de stad iets moois kunnen geven. Dat hebben we gedaan en dat werd zeer gewaardeerd. Die veerkracht in onze sector is bijzonder, maar we moeten dat niet te lang accepteren. Als zoiets volgend jaar terugkomt, ga ik het niet doen voordat mijn mensen betaald worden. Iets investeren is niet erg, maar wel met een bepaalde lange termijnvisie. De lange termijn is dat je het volgend jaar weer kunt doen, maar dan kunt zeggen ‘er moet nu wel geld over de brug komen’. Als je iedereen goed blijft behandelen merk je pas hoe groot de culturele familie daadwerkelijk is.

 

Tekst: Manus Groenen
Fotografie: Liza Wolters